
Glazuren is één van de spannendste onderdelen van het keramisch proces. Wanneer het glazuur niet klopt, is al je werk voor niets geweest. Een prachtig gedraaide kom met een saai of niet kloppend glazuur is echt niet wat je wil. Het glazuur maakt of breekt het werk. Soms zelfs letterlijk: zo heb ik scheuren in het glazuur gehad doordat het glazuur ongeschikt was voor de gebruikte kleisoort.
Zelf glazuren maken vraagt kennis van de ingrediënten die je gaat gebruiken en het proces. Daarom moet je voor het glazuren een aantal punten in overweging nemen:
- Wat voor glazuur wil ik hebben? Mat, glanzend, met textuur of juist heel zacht aanvoelend?
- Welke grondstoffen wil ik gaan gebruiken?
- Klopt de kleisoort met het glazuur?
- Heb ik de juiste berekeningen gemaakt?
- Klopt de oventemperatuur wel met de ingrediënten van het glazuur?
- Zijn de grondstoffen onschadelijk voor het milieu?
- Is het glazuur dat je op gebruiksgoed, zoals bekers, wilt aanbrengen wel voedselveilig? De laatste tijd is hiervoor in de keramiekwereld , terecht, erg veel aandacht voor.
- Is de dikte van het glazuur wel juist?
De uren dat de oven aanstaat, zijn de meest slopende. Je kunt niet tussendoor kijken, je ziet de temperatuur stijgen en vervolgens weer dalen. En dan moet je toch nog wachtend tot deze helemaal afgekoeld is. En dan...... is het moment van de waarheid: is het goed gelukt ? Of is het een failure? Er bestaan hele facebook-groepen waar mensen hun misbaksels en, vooral, frustraties posten.
Over teleurstellingen: er bestaat een uitdrukking dat de teleurstellende ervaringen van pottenbakkers weergeeft: "Het laantje van verdriet". Vroeger werd al het werk wat niet goed of mislukt was, kapot geslagen. Het gebroken keramiek werd weer "gebruikt" om laantjes aan te leggen. Zo had het toch nog een beetje nut...